Ik was in een omgeving waar het helemaal niet raar is dat ik nog dikke tranen over mijn wangen laat vloeien, ik was bij mensen die veel met verdriet en dood te maken hebben. Met oud worden en de gebreken die daar bij horen. En dat ik de boel nog niet onder controle heb, vinden ze helemaal niet raar. Dat ik de tijd neem voor dit rouwproces vinden ze verstandig. Dit steunt mij. Ik kan nog niet zo maar door. Ik heb mams beloofd dat ik niet te lang zou treuren maar wat is te lang. Daar heb ik nu nog geen antwoord op. Het verdriet is nog te heftig, ik kan en mag dit niet zomaar aan de kant zetten.
Het was een mooie bijeenkomst en ik ben blij dat ik ben gegaan. Het overlijden en ook de crematie van pa was zo snel na mams, een beetje te snel. Maar dingen gaan zoals ze gaan, en dan moet ik toch ook weer aan de woorden van mijn tante denken: Kracht naar kruis. Of mijn kracht is enorm groot, of mijn kruis.
Eerder deze week was ik bezig met de papieren, dingen van mijn ouders opruimen. Hun spullen tussen onze spullen zetten, niet meer apart. De papieren omtrent de crematies uit de kastjes, en hup naar boven. Ruimte in onze kamer gaf me ruimte in mijn hoofd. Ik maakte het volgende gedicht:
Laden leeg. Tafel vol.
Herinneringen willen aandacht.
Hoofd vol. Gevoel leeg.
Alles krijgt een plek.
Fysiek. Mentaal.
Het komt goed.